Boekentip: The Dutch Resistance 1940-45

Klaas Castelein en Michel Wenting leerden elkaar kennen bij de IND. Naast een gedeeld werkverleden hebben ze nog iets anders met elkaar gemeen. Ze delen hun interesse in militaire geschiedenis. En dan speciaal de Tweede Wereldoorlog.

Waarom een Engelstalig boek over het verzet in Nederland?

‘Er is in het Nederlands veel geschreven over het verzet, maar in het Engels niet. En wat er geschreven is, is vaak onjuist,’ zegt Michel. ‘Alsof het Nederlands verzet niets gepresteerd zou hebben. We tonen in ons boek aan dat het tegendeel het geval is geweest. Denk alleen al aan de honderden geallieerde vliegers die door het verzet zijn gered.’

Waar komt dat slechte imago vandaan?

Michel: ‘Dat komt hoogstwaarschijnlijk door het Englandspiel: de Engelsen dropten Nederlandse agenten in Nederland, maar op de een of andere manier hebben de Duitsers daarin weten te infiltreren. Zo zijn er in totaal 59 Nederlandse agenten in Duitse handen gevallen samen met tonnen aan wapens, munitie en zendapparatuur. Daardoor was er in Engeland een heel groot wantrouwen naar het Nederlandse verzet.’

Is er belangstelling in Engeland?

Klaas: ‘Jazeker, alleen in Groot-Brittannië zijn al 300 boeken verkocht. En in de VS is een veelvoud afgenomen door de boekhandels. Omdat er zo weinig in het Engels is geschreven hadden de historici in de Angelsaksische landen geen toegang tot die informatie vanwege de taalbarrière. En dat is ook echt de meerwaarde van het boek: buiten Nederland meer bekendheid geven aan het verzet in Nederland.’ ‘Maar ook voor de Nederlandse lezer is het interessant omdat het boek een aantal nieuwe feiten over het verzet bevat’, vult Michel aan.

Welke nieuwe feiten hebben jullie ontdekt?

Klaas: ‘We kijken vooral naar het gewapend verzet en in het beeld dat daarvan bestond hebben we aantal nuanceringen kunnen aanbrengen. Binnen het gewapend verzet waren er grofweg drie organisaties. De OD (de Ordedienst), de LKP (Landelijke Knokploegen) en de RVV (Raad van Verzet). Bij de RVV zat bijvoorbeeld Hannie Schaft, ook wel bekend als ‘het meisje met het rode haar’. Van de RVV was heel erg de perceptie dat het een links-progressieve club was. Maar wij hebben achterhaald, dat er bij de RVV ook andersdenkenden zaten, zoals christenen en vrijmetselaars. Dus de samenstelling van de RVV was veel diverser dan aanvankelijk aangenomen.’

Het ging het onderzoek?

Klaas: ‘Onder andere interviews, bijvoorbeeld met een streekhistoricus die veel kennis heeft van de RVV op de Veluwe. En we hebben ook de schrijfster Conny Braam, mede-oprichter van de Anti-Apartheidsbeweging Nederland (AABN),  gesproken omdat zij erg veel weet van het verzet in Haarlem en omgeving. Maar behalve interviews hebben we ook veel literatuur- en archiefonderzoek gedaan.’

Reconstructie van uniformen

Michel: ‘Wij hebben veel informatie gevonden over de uniformen van Nederlandse verzetsstrijders, fascisten en collaborateurs. Wij kregen van de uitgever een kunstenaar toegewezen en die heeft 21 uniformen geschilderd op basis van onze input.’

Hebben jullie persoonlijk ook iets met verzet?

Michel: ‘Zeker, mijn oudoom Antoon Helmes was een van de oprichters van de Landelijke Organisatie voor hulp aan onderduikers (LO) in ’s-Heerenberg. In 1945 werd hij plaatselijk commandant van de BS in Zeddam, gemeente Bergh. En van hem heb ik uit eerste hand de verhalen gehoord. Klaas: ‘Mijn overgrootvader, Hielke Brouwer, was het hoofd van de LO in Achtkarspelen. Hij heeft voor tientallen joodse onderduikers een onderduikadres geregeld. Hij en zijn vrouw Gelske Brouwer-de Boer hebben daar postuum de Yad Vashem voor gekregen. En aan het eind van de oorlog zat mijn overgrootvader bij de BS-groep die de brug bij Blauwverlaat op de Duitsers wist te veroveren, en ook in handen te houden, zodat de Canadezen ongestoord konden doorstoten naar Dokkum.’

Het boek van Klaas en Michel is te koop via deze link.